Gevorderd trainen
Onjuistheden bij het gebruik van de clicker of het clickerwoord
Bij het aanleren van nieuw gedrag is de timing van het geven van de beloning belangrijk. Deze moet namelijk gegeven worden op het moment of direct na het gewenste gedrag. In veel gevallen is het moeilijk om een hond direct de beloning te geven tijdens de uitvoering van het gewenste gedrag, bijvoorbeeld als de hond uit positie komt bij het aannemen van de beloning of als hij verder bij je vandaan is. Een aangeleerd beloningssignaal -zoals het geluid van de clicker of een special clickerwoord- is hiervoor een oplossing. Zo’n signaal wordt ook wel een brugprikkel genoemd. Hierbij leg je het gewenste gedrag vast door middel van dit signaal en wordt de echte beloning later gegeven. Enkele veelgebruikte clickerwoordjes zijn ‘yes’, ‘good’ of ‘click’. Het gebruik van zo’n woordje is anders dan de veelgehoorde stembeloningen. De beloningswoordjes moeten namelijk eerst aangeleerd worden als voorspeller vóór de échte beloning gegeven wordt. Dit gebeurt door middel van klassieke conditionering.
De hond leert dat het clickerwoord gekoppeld is aan de beloning. Woorden die als bemoediging of verbale beloning gebruikt worden zonder dat deze een voorspeller zijn voor een beloning, werken niet op dezelfde manier. Verschillen tussen beloningswoordje en clicker Alhoewel zowel de clicker als beloningswoordjes gebruikt kunnen worden als aangeleerde beloning, is er wel een verschil. Onderzoek toont aan dat het brein van de hond minder goed reageert op het horen van stemmen. Het geluid van de clicker is dus een krachtigere brugprikkel. Overigens zijn er ook honden waar juist om deze reden beter voor een beloningswoordje gekozen kan worden; de clicker wekt dan teveel opwinding op, wat weer storend kan werken in de training. Of je nu een clicker, woordje of fluitje gebruikt, het gaat om een secundaire beloning die is aangeleerd door klassieke conditionering.
Het is belangrijk dat er na deze ‘brugprikkel’ altijd een beloning volgt. Doe je dit niet consequent dan verliest het clickerwoord zijn voorspellende waarde. Dit is ook de reden dat het meerdere keren kort achter elkaar clicken niet zinvol is. Er kan dan beter gekozen worden voor het klassiek aangeleerde signaal gevolgd door een extra sterke beloning. Hoewel de beloning door het gebruik van de clicker iets langer uitgesteld kan worden (overbrugging), is dit wel altijd het signaal voor het einde van de oefening. De hond hoeft na de click dus niet in positie te blijven. Als je de hond bijvoorbeeld wilt clicken voor een blijf-oefening, houdt er dan rekening mee dat hij uit positie zal komen op het moment dat je klikt. Is je doel dat hij blijft tot je weer terug bij hem bent, click dan ook pas op dit moment.
Trainen op snelheid: belonen versus lokken
Bij veel disciplines is de snelheid van de hond belangrijk. Wanneer een hond een bepaalde oefening of commando beheerst, kun je je hier op focussen. Er worden diverse methoden gehanteerd om de hond snel te laten komen. Veel trainers laten bijvoorbeeld de bal zien wanneer ze snelheid van de hond verwachten of zwaaien enthousiast met een trekspeeltje die de hond mag pakken als hij bij de geleider is. De hond ziet de beloning en zal hierdoor zijn snelheid gaan verhogen.
Er wordt hierbij gebruik gemaakt van de methode lokken in plaats van belonen; de bijtrol is immers al in zicht. De vraag is of de hond zich op deze momenten bewust is van de snelheid die hij maakt. Er zijn betere methoden waarbij je snelheid uitlokt en deze kunt markeren en vervolgens belonen. Het kan dan nog steeds gebeuren dat de hond niet bewust ervaart dat hij de bal krijgt voor de snelheid. Het zou zelfs mogelijk zijn dat de hond de clicker niet bewust waarneemt omdat de sterke beloning al in zicht is.
Het is in deze situatie beter om de hond juist te clicken voor de snelheid en hem te belonen met een sterke krachtige beloning die na de click voor de hond in zicht komt. Commando aanleren voor het maken van snelheid Een extra gevorderde trainer kan de hond zelfs een commando aanleren voor het maken van snelheid. In dat geval geef je een commando op het moment dat hij snelheid heeft gemaakt en dit te markeren met een click, gevolgd door de voor de hond waardevolle beloning.
Vrij leren springen: beloning geven of niet
Veel gehoorzaamheidsprogramma’s kennen een hoogtesprong waar de hond ‘vrij’ (zonder de hoogtesprong te raken) overheen moet springen. Vaak wordt het springen gecombineerd het een apporteer-oefening. Of een hond goed leert springen heeft te maken met de opbouw van de oefening, maar ook met het lichamelijke gestel van de hond. Springt een hond niet meer goed? Laat de hond dan eerst goed nakijken om eventuele lichamelijke oorzaken te achterhalen.
Daarnaast speelt erfelijkheid mee, wanneer het genenpatroon van de hond het niet in zich heeft om mooi en behendig te springen, dan zal de hond ondanks een zorgvuldige training nog steeds geen uitblinker worden. Bij springen is timing van het springen erg belangrijk. Het oefenen met lopen en springen over caveletti kan hierbij helpen. Het is belangrijk dat een hond eerst volledig uitgegroeid is, voordat er kan worden begonnen aan het echte springwerk. Consequentie is erg belangrijk bij gevorderd trainen.
Wees consequent en leer de hond dat ‘vrij’ springen (zonder de sprong te raken) noodzakelijk is om een beloning te krijgen. Een hond lokken met een bal kan er voor zorgen dat de hond minder gefocust is op het springen zelf. De kans is groter als de hond een hele hoge motivatie heeft voor de bal. Wanneer een hond in deze situatie de hoogtesprong aantikt én de balbeloning krijgt, zal de hond leren dat het aantikken van de hindernis is toegestaan. Wanneer de bal direct wordt weggestopt op het moment dat de hond de hindernis aantikt. Dan zal er waarschijnlijk een ander leereffect zijn voor de hond. Hij wordt dan immers niet beloond voor het aantikken van de hindernis.
Het is mogelijk om de hond in deze situatie een ontmoedigingssignaal te geven op het moment dat de hond tegen de hindernis aan springt. Is de timing hiervan goed? Dan kan de hond zich meer bewust zijn van de reden van het wegpakken van de balbeloning. Belangrijk is dat de hond dan ook geen beloning ervaart, dus een hond belonen voor het correct brengen van het apport, terwijl hij niet vrij springt, zal er niet voor zorgen dat de hond in de toekomst vrij gaat springen.
Afbouwen beloning; onderhoudsbeloningen bij gevorderd trainen
Bij de meeste examens of wedstrijden is het niet toegestaan om de hond tijdens de oefeningen te belonen. Trainers vinden het ook vaak niet gewenst als de hond zijn hele leven beloond moet worden voor een bepaalde oefening. Echter wanneer er helemaal gestopt wordt met de beloning, kan het gedrag gaan uitdoven en zal de hond na verloop van tijd stoppen met de uitvoer van het gedrag. Bij gevorderd trainen is het belangrijk om je hond dus te blijven belonen om het niveau van je hond hoog te houden.
Bij complexe oefeningen kan met behulp van een clicker of beloningswoord bewust gewerkt worden aan dát gedeelte van de oefening die meer aandacht vereist. Is dat specifieke deel weer op niveau? Dan kan er juist weer worden gewerkt aan een ander deel van de oefening. Op deze manier blijft de oefening voor de hond interessant en zal de hond bewust bezig zijn om het beste uit de oefening te halen. Wordt er langdurig beloond op een zelfde gedeelte van de oefening, dan kan de motivatie van de hond ook verminderen. De hond is immers gewend aan de beloning die hij altijd krijgt.
Variabel belonen
De hond niet elke keer meer belonen wordt variabel belonen genoemd en stimuleert juist om het gedrag te blijven vertonen. De frequentie van het belonen wordt daarom bij een volleerde oefening afgebouwd naar ‘onderhouds-belonen’. Hierbij is het doel dat de hond het aangeleerde gedrag op hetzelfde niveau blijft uitvoeren. Dit is makkelijker gezegd dan gedaan: Wanneer een beloning te snel wordt afgebouwd, zal de hond zijn motivatie verliezen en het gedrag minder goed of niet meer gaan uitvoeren.
Het is dus van belang dat de training goed wordt geëvalueerd. Wordt het aangeleerde gedrag constant uitgevoerd of is er een variatie of zelfs afname van het gedrag? Wanneer er een variatie of afname is, dan zal de manier van de beloning moeten worden bijgesteld. Er zal dan bijvoorbeeld vaker moeten worden beloond of er moet gekozen worden voor een sterkere beloning.