Leuk een kitten erbij, hopelijk worden ze dikke vriendjes. De kans op vriendschap hangt van een paar dingen af. Allereerst speelt de socialisatie met soortgenoten een belangrijke rol. Een kitten van ongeveer 3 maanden heeft normaal gesproken voldoende spelervaring op kunnen doen met nestgenoten en/of moeder. Dus dat is positief, hopelijk is Boris ook goed gesocialiseerd met soortgenoten. Je schrijft dat hij in ieder geval nog nooit naar gedaan heeft naar andere katten.
Daarnaast vergroot een goede introductie, een stapsgewijze kennismaking, de kans op een goede relatie. Introduceer het kitten dus voorzichtig. Richt een aparte kamer in met een kattenbak, water, voer en een aantal verstopplekken en laat de nieuwkomer eerst wennen aan de nieuwe omgeving. Pas op het moment dat het kitten ontspannen in zijn kamer rondloopt, kan hij geïntroduceerd worden aan de kater. Begin met het uitwisselen van geuren door de kater en kitten van ruimte te wisselen. Vervolgens kun je de deur op een kiertje gaan zetten en beide iets lekkers geven. Op de achterzijde van ‘Het Kittenkompas’ vind je een volledig stappenplan dat je kunt volgen om de katten geleidelijk aan elkaar te laten wennen.
Bij het matchen van katten kijken we ook vaak naar het energieniveau van beide katten. Het helpt als beide katten even rustig, of even actief en speels zijn. Een kitten bij een jonge energieke kat is dus een betere match dan een kitten bij een oude (wat rustigere) kat. Dat zit in jouw geval dus wel goed. Wat betreft geslacht is het niet echt duidelijk wat beter matcht. Ik neig zelf naar poes-poes of kater-kater-combinaties. Mijn ervaring is dat katers wat fanatieker spelen en poezen zich nogal eens laten opjagen door katers. Indien deze adviezen onvoldoende resultaat geven, adviseer ik je om een afspraak te maken met een Tinley-gedragstherapeut in jouw regio.
Marieke van der Burgt, Tinley-gedragstherapeut voor Dieren